Pasteurellose bij lammeren

Pasteurellose wordt met name veroorzaakt door Mannheimia haemolytica, Pasteurella multocida en Bibersteinia trehalosi en geeft klachten van longontsteking en sepsis bij dieren van alle leeftijden.
Longontsteking zien we bij lammeren met name op een leeftijd tussen 2 weken en 6 maanden, vaak veroorzaakt door Mannheimia haemolytica. Sepsis wordt bij geiten met name veroorzaakt door Mannheimia en bij schapen met name door Bibersteinia. Deze bloedvergiftiging bij schapen werd door de afdeling pathologie van de GD voornamelijk geconstateerd in de nazomer bij lammeren tussen 6 en 8 maanden leeftijd.

Mannheimia haemolytica en Bibersteinia trehalosi zijn facultatief pathogenen, bacteriën die ook bij gezonde dieren voorkomen in de neus – en keelholte. Ziekte is het resultaat van de verstoring in de balans tussen de gastheer (het dier), de ziekteverwekker en de omgeving. De balans tussen deze drie bepaalt of er ziekteverschijnselen gaan optreden.

Mannheimia haemolytica  veroorzaakt een ernstige longontsteking waarbij ook het longvlies ontstoken is. Daarnaast kan de bacterie ook een bloedvergiftiging bij lammeren en zelfs uierontstekingen bij volwassen lacterende dieren veroorzaken. Ziekteverschijnselen ontstaan vooral door de gifstoffen die afkomstig zijn van deze bacterie. Het leukotoxine (Lkt) is zo’n gifstof en dit leukotoxine is verantwoordelijk voor de ziekteverschijnselen en longschade, die na een infectie ontstaan.

Een longontsteking door Mannheimia kan door het leukotoxine een snel en fataal verloop hebben. Behandeling met antibiotica komt vaak te laat, wanneer de schade aan de luchtwegen al is ontstaan. Ook wanneer een geit de ziekte te boven komt, heeft het leukotoxine vaak al onherstelbare schade in de longen veroorzaakt, met groeiachterstand en een lagere productie als gevolg. Het voorkomen  van longschade is dan ook niet alleen belangrijk voor het welzijn van het dier, maar het voorkomen van longschade is ook van economisch belang!

Jonge lammeren die onvoldoende biest hebben ontvangen en daarnaast op enigerlei wijze stress ervaren, lijken het meest kwetsbaar voor bronchopneumonie. Dieren kunnen stress ervaren bij overbezetting, onthoornen, verzetten, transport, spenen en veranderingen in het dieet. Daarnaast zijn er omgevingsfactoren die een trigger kunnen zijn in het ontstaan van bronchopneumonie, bijvoorbeeld temperatuurswisselingen, slechte ventilatie, stof- en ammoniakvorming vanuit strooisel, nat en vuil strooisel.

Naast het verbeteren van biestbeleid, ventilatie en wegnemen van stressoren kunnen jonge lammeren ook worden gevaccineerd.

Op dit moment is er in Nederland geen vaccin geregistreerd voor de preventieve vaccinatie tegen Mannheimia longotsteking bij geiten. Subunit vaccins gericht op het leukotoxine van Mannheimia haemolytica lijken volgens een recente Spaanse studie met 440 vleeslammeren, de beste keuze te zijn om de schade van bronchopneumonie te verminderen (bron: A. Higueras Ortega, Profitability of two vaccines against Mannheimia haemolytica on a lamb feedlot, 10th International Sheep Veterinary Congress (ISVC), 6-10 maart 2023).

Mocht u meer informatie willen hebben over de preventie van longontsteking bij jonge opgroeiende herkauwers, neem dan contact op met één van onze dierenartsen. Zij kunnen u meer vertellen over diagnostiek door middel van BAL spoelingen en PCR bij lammeren en aanvullende preventieve maatregelen.